Voor Elise

Het verhaal achter de contactadvertentie!

Ik heb altijd gewerkt, zegt ze. Ze frunnikt een pluisje van haar bordeauxrode trui. “Mijn vader was arts, moet u weten. Mijn grootvader trouwens ook.” Ze glimlacht flauwtjes. “En uw moeder?” Even haalt ze haar neus op, kort. De man tegenover haar merkt het niet. “Mijn moeder was medisch secretaresse”, antwoordt ze. “Maar mijn vader was arts. Een gerenommeerd plastisch chirurg. Zelfs in Amerika kennen ze zijn naam!” Dan, op fluistertoon: “hij heeft zelfs Madonna onder zijn handen gehad”. De man knikt. “U heeft uw talent dus niet van een vreemde”, zegt hij. Ze krimpt ineen. “Dat valt wel mee, hoor. Ik heb alleen mijn best maar gedaan.” Lees verder

#Ziekenhuiservaringen.


“Je mag waarschijnlijk zo naar huis.” Het is die avond al drie keer tegen me gezegd. Toch word ik even later naar de ziekenhuiszaal gebracht. Er klopt een hartje. De bloedwaarden stijgen. De pijn neemt toe. De cytostatica die ik eerder in mijn lichaam gespoten heb gekregen, zullen niet afdoende zijn: ik moet geopereerd worden. Lees verder

Deze maand zou ze geboren worden.

4 maart was het, zaterdagochtend heel vroeg, toen ik mijn ogen weer opendeed. Een dag eerder hadden we te horen gekregen dat het foute boel was. “Kom over twee dagen maar terug”, zeiden ze, maar we haalden de volgende dag niet eens. Die nacht werd ik met spoed geopereerd. Lees verder

De straat was geen plaats voor een meisje als zij.

Eerst wist ik niet dat ze bestond. Dat is een gek gevoel, dat er al die tijd al iemand is van wie je later zult gaan houden. Stel het je eens voor – hoe de toekomstige liefde van je leven op dit moment ergens de vaatwasser inruimt, een kopje thee inschenkt, haar favoriete serie op Netflix kijkt. Misschien zwerft ze doelloos over het internet, van Facebook naar Instagram naar Twitter, zich net zo min bewust van het feit dat jij bestaat.

In mijn geval ruimde ze geen vaatwasser in. Ze zette geen thee en keek geen Netflix. Wel zwierf ze, onbewust van mijn bestaan. Alleen, door de straten van Lesbos. Want daar werd ze gevonden. In een vluchtelingenkamp, tussen de vluchtelingen, vrijwilligers, locals en straathonden. Als ze zichzelf had kunnen redden, hadden ze haar daar gelaten. Maar ze was klein. Kwetsbaar klein. De straat was geen plaats voor een meisje als zij. Lees verder